In 2014 hoorde Goedele Devroy nadat ze een verschijning maakte in Het Journaal plots een hoge pieptoon.
“Ik vreesde dat ik gehoorschade had opgelopen door het te hoge volume van mijn oortjes, maar ik heb me laten testen en dat bleek niet zo te zijn. Er was alleen de pieptoon”, gaat de journaliste van start in Humo. “Ik stortte in die periode volledig in. Het probleem bleek dieper te zitten – vermoedelijk had ik een burn-out. Bij de psychiater kreeg ik te horen: ‘Ik ben niet verbaasd dat je hier bent, ik ben verbaasd dat je al niet veel eerder bent gekomen.’”
Goedele omschrijft haar tinnitus als een soort claustrofobie. “Je bent opgesloten, er is geen ontsnappen aan: waar je ook gaat, dat irritante gepiep is er altijd. Ik kon er niet meer door slapen, ik lag angstig wakker. Het werd een vicieuze cirkel, want door vermoeidheid leek het alleen maar luider te worden. De eerste weken was het gepiep echt ondraaglijk. Het idee dat ik dat de rest van mijn leven zou moeten horen, was onvoorstelbaar. Ik dacht zelfs even aan euthanasie, kun je dat geloven? Ik was radeloos.”