Zwembadbouwer Willy Naessens, een boerenzoon die maar tot zijn veertiende naar school ging, en afvalbaron Yves Maes, een leraarszoon die begon met het legen van septische putten, zijn de personificatie van keihard werken. 

In een sprookje dat smeekt om verfilmd te worden, zijn deze twee titanen van de Vlaamse ondernemerswereld het levende bewijs dat succes niet komt aanwaaien; dat schrijft Dag Allemaal. Met zijn zwembaden als kleinste tak van het imperium, heeft Willy een duizelingwekkende omzet van één miljard euro gehaald, terwijl Yves, met 400 man sterk, heerst over een afvalrijk met een omzet van 80 miljoen euro. Hun wederzijdse bewondering is voelbaar: Willy ziet in Yves een spiegelbeeld van zijn eigen jeugd, een jongere versie van zichzelf met dezelfde honger naar succes. Maar dit is geen kwestie van simpelweg geld stapelen; het is een epische strijd tegen faillissement, gezondheidsproblemen en het eeuwige gevecht tegen vooroordelen. 

Van Yves’ ranch die nooit rust kent tot Willy’s legendarische veerkracht na vier keer een heftige ziekte te hebben verslagen; deze mannen bewijzen dat achter elke luxewagen, elk zwembad en elke euro, een verhaal ligt van bloed, zweet en tranen…